Gezondheid, basisvoorwaarde voor meedoen
Kinderen die jong gezond gedrag aanleren, plukken hier later de vruchten van in alle aspecten van hun leven. Je wenst elk kind toe dat daar thuis aandacht voor is. Maar als de school daar ook aan bijdraagt, bereik je in elk geval alle kinderen. Een gezonde leefstijl is onontbeerlijk voor de motorische, sociale en cognitieve ontwikkeling – en daarmee een basisvoorwaarde voor het goed kunnen meedoen in de maatschappij.
Door mijn betrokkenheid bij Jongeren op Gezond Gewicht (JOGG)
en het Voedingscentrum probeer ik het onderwerp van gezondheid hoog op de agenda te houden, zonder te werken met lespakketten of verplichte uurtjes les van het één of ander. We moeten er samen als gemeenten, sportverenigingen en scholen voor zorgen dat kinderen en ouders weten hoe je gezond kunt leven. JOGG werkt nauw samen met het bedrijfsleven en is de initiator van goede initiatieven zoals beweegtussendoortjes en de Daily Mile.
JOGG startte samen met het Voedingscentrum het initiatief Gezonde Kantine. Dit heeft geleid tot veel gezonder eten in de kantines, maar ook voorlichting aan ouders en kinderen over gezond eten.
Mooie basis: de Gezonde School
Hoe belangrijk ook, de aandacht voor gezondheid en bewegen moet geen belastende extra taak zijn voor de school. Dat kun je vermijden door deze activiteiten in te vlechten in het bestaande programma. Je kunt koppelingen maken met bestaande activiteiten. Combineer bijvoorbeeld voorlichting over gezonde voeding met het Nationale Schoolontbijt, of link het aan je traktatiebeleid. Maak een koppeling tussen bewegen en de Avondvierdaagse of je schoolreis. En doe dit soort dingen vooral via de Gezonde School. Binnen dat programma wordt samengewerkt met allerlei organisaties en er is veel kennis en programma-aanbod aanwezig. Je vindt op deze website bijvoorbeeld een handige checklist waarmee je in kaart kunt brengen wat je op het brede terrein van gezondheid al doet en wat goede volgende stappen zouden kunnen zijn.
Veel scholen stappen over op verplicht water drinken en fruit eten. Ouders zijn daar blij mee; die hoeven dan thuis de strijd niet meer aan te gaan met kinderen die liever een chocoprins dan een appel mee naar school nemen.
Plezier in bewegen en volop ruimte daarvoor
Spelen is heel belangrijk in het leven van kinderen. Kinderen zijn per jaar zo’n 4.000 uur wakker. Daarvan zitten ze er 1.000 op school. Het is heel belangrijk dat ze in de overgebleven 3.000 uur vooral lekker spelen. Om allerlei redenen: dat is goed voor de ontwikkeling van hun hersenen, ze kunnen zich al spelend uiten, maken vriendjes en vriendinnetjes, ontdekken al spelend de wereld en ze leren zo ook zichzelf kennen. Het allerbeste is buiten spelen, in de frisse lucht.
Jantje Beton, een andere organisatie waar ik met liefde bij ben betrokken, probeert om samen met scholen te regelen dat het plein na schooltijd open blijft zodat de leerlingen en andere kinderen uit de buurt hier kunnen spelen. We hebben samen met scholen ook buitenlesdagen ontwikkeld, met aangepaste reken- en taallessen.